Welkom op mijn blog
Rit 10 – Beaulieu-sur-Sonnette naar Saint-Aulaye
(108 km – 963 hoogtemeters – 992 km totaal)
Gisteravond werd ik nog aangenaam verrast door de host van Les Hirondelles du Paradis.
Ze had voor mij een heerlijke koude schotel klaargemaakt met verse tomaatjes uit de tuin, gekookte eitjes, ham, brie en stokbrood.
Als dessert kreeg ik een halve cavaillonmeloen, eveneens uit de tuin.
Het smaakte fantastisch, en ik gaf haar graag 10 euro als dank. Een aanrader, al moet je er wel rekening mee houden dat er totaal niets in de buurt te vinden is.
Vanmorgen was er ontbijt om 6u30, en niet veel later zat ik alweer op de fiets – want het zou heet worden vandaag.
En warm werd het: volgens mijn fietscomputer zelfs 42 graden… 🥵
De dag begon nochtans goed, met meteen een korte klim en daarna een aangename lange afdaling.
Ik had de indruk dat ik vandaag meer van die langere afdalingen voorgeschoteld kreeg, wat welgekomen was.
Maar… al na 2,3 km stuurde mijn GPS me een grindweg op – en dat was nog maar het begin.
In totaal heb ik vandaag zo’n 60 km aan grind- en bospaden gehad. En niet de beste…
Sommige boswegen lagen er slecht tot héél slecht bij: bezaaid met stenen, putten, en begroeiing.
Soms was het pad zo smal, dat ik me echt afvroeg: "Waar stuurt hij me in hemelsnaam naartoe?"
Onderweg passeerde ik een militair domein, waar schietoefeningen plaatsvinden. Even later reed ik langs de bijhorende kazerne, afgaand op de grootte en het aantal geparkeerde wagens toch een grote basis.
Qua bezienswaardigheden viel het vandaag wat tegen – al zag ik in de verte wel een kasteel op een heuvel, van héél ver zichtbaar.
Wat de dag dan weer wél bijzonder maakte:
Zoals ik eerder al eens vertelde, fiets ik met mijn mp3-speler en bluetoothspeaker. Maar de herhaling begon me wat te vervelen – soms hoorde ik 2 à 3 keer dezelfde plaat op een dag.
Daarom heb ik het anders aangepakt: mijn gsm gekoppeld aan een powerbank, en via bluetooth verbonden met de speaker.
En zo luister ik nu onderweg naar Radio 2.
Tussen 9 en 12 uur is er altijd een verzoekprogramma, en gisteren had ik via de app zelf een verzoek ingediend.
Gisteren niks gehoord… maar vandaag kwam mijn verzoek op de radio! Een klein, maar fijn geluksmomentje onderweg.
Onderweg fietste ik langs een kasteel dat al even in de verte zichtbaar was.
In de afdaling er net onder kwam ik voorbij een grote, oude overdekte marktplaats, waar een bar-restaurant gevestigd was.
Op het terras zaten mensen gezellig te genieten, dus ik besloot: tijd voor een frisse cola.
De jonge dame die me bediende, stelde spontaan voor om mijn drinkflessen te vullen met koud water – een aanbod dat ik uiteraard niet weigerde. Superlief!
Bij het vertrek merkte ik nog een boulangerie/patisserie op. Even naar binnen gegluurd… en ja hoor: daar lagen aardbeientaartjes die er té lekker uitzagen om te laten liggen.
Ik heb er eentje gekocht, en het was even lekker als het eruitzag. Een kleine, maar heerlijke traktatie.
In Gurat stond de deur van het kleine kerkje wagenwijd open.
Terug in de remmen, fiets aan de kant, en even binnengegaan voor een moment van stilte en bezinning.
Enkele foto’s genomen, en ook een kaarsje laten branden – uiteraard na een euro in het kaarsenbakje te hebben gedeponeerd.
Ondertussen was het al behoorlijk warm geworden.
De eerste 60 km verliepen grotendeels door bos, dus 90% in de schaduw – wat zalig was.
Maar nu werd het open terrein en voelde je de zon recht op je gezicht en schouders.
Gelukkig was ik al goed opgeschoten – daarom vertrek ik ook altijd zo vroeg.
Gisterenavond had ik in mijn routeboekje nog iets gelezen dat me triggerde.
Op amper 2 km van mijn route lag namelijk iets heel bijzonders: de Église monolithe Saint-Jean in Aubeterre-sur-Dronne – een kerk volledig uitgehouwen in de rotswand.
De toegang kostte 8 euro, maar wat een ervaring…
Deze monolithische kerk is indrukwekkend in zijn eenvoud en stilte.
De afmetingen zijn uitzonderlijk: 27 meter lang, 16 meter breed, 20 meter hoog.
Een trap, ook uitgehouwen in de rots, leidt naar een bovenverdieping met boogvensters.
Aan de ene zijde bevindt zich een zeshoekig mausoleum van twee verdiepingen in romaanse stijl, volledig uit de rots gehakt.
Aan de andere zijde zie je dat de oorspronkelijke vloer uit sarcofagen bestond.
En centraal vind je nog een doopbekken, dat vermoedelijk afkomstig is uit een primitieve kapel van de 4de tot 8ste eeuw.
Echt een stilmakende plek, die meer dan het kleine omweggetje waard was.
De laatste kilometers van de rit liepen volledig in de volle zon, en ik was eerlijk gezegd blij dat ik er was.
Morgen trek ik naar Barsac – opnieuw zo’n 100 km, en als het klopt wat ze zeggen, zou het de laatste dag van 40 graden worden.
We leven op hoop.
Tot morgen!
Reacties mogelijk gemaakt door CComment